’BRRR, ER KOMT EEN KOUDEGOLF!’
Geschreven op 8 februari 2021 door Romy Schneider
De laatste dagen wordt er steeds vaker over een koudegolf gesproken. Iets wat we de afgelopen jaren niet meer meegemaakt hebben, omdat we nogal milde winters kennen. Vooral in het westen van Nederland wordt het klimaat beïnvloed door de Noordzee die het gehele jaar de temperatuur matigt. Echte aanhoudende sneeuwpret hebben de meeste kinderen hier lang niet meer meegemaakt. Maar hoe zit het nu precies? Hebben we al met een koudegolf te maken of moet die nog komen? En wat is het verschil tussen ijsdagen en vorstdagen?
Hieronder een korte samenvatting hoe het KNMI dit beoordeelt en wat tips om te voorkomen dat je met je gebouwen in de kou komt te staan.
VORSTDAG vs IJSDAG
Een ijsdag heeft een temperatuur van 0,0 graden of lager gedurende het hele etmaal. Bijna elke winter heeft wel een paar ijsdagen. In het oosten en het noorden van Nederland zijn er vaker ijsdagen dan langs de kust. In normale winters heb je zo’n 7 ijsdagen verdeeld over december, januari en februari. Maar in hele strenge winters kunnen dat er flink meer zijn. Zo had de winter van 1942 binnen drie maanden 46 ijsdagen.
Bij een vorstdag daalt de temperatuur ook onder nul. Maar dat hoeft dan niet de hele dag te zijn. Vorstdagen komen meestal voor van oktober tot en met april. Vanaf min 10 graden spreek je van strenge vorst.
KOUDEGOLF
In Nederland is een koudegolf een opeenvolging van minimaal 5 ijsdagen gemeten in De Bilt (maximumtemperatuur lager dan 0,0 graden), waarvan er minimaal drie dagen strenge vorst is (minimumtemperatuur lager dan min 10,0 graden).
WINTERPRET ZONDER IN DE KOU TE KOMEN TE STAAN?
Het grootste euvel dat je winterpret kan verstoren, is schade aan het gebouw door vorst. Water zet uit zodra het gaat vriezen. Op zich heel handig bij een meertje of gracht, omdat het ijs een lagere dichtheid heeft en op het water blijft drijven. Zo wordt alles wat onder water is beschermd. Wat in de natuur de redding is voor alles wat in het water leeft, pakt bij gebouwen vaak minder goed uit. Op een gesprongen water- of cv-leiding zit je niet te wachten.
1- Laat de verwarming op een laag pitje aan: Ondanks alle ambities om energie te besparen: zet de cv-installatie bij temperaturen onder nul graden niet helemaal uit, maar laat alles op een laag pitje doordraaien. Zet de instelling voor de nachtverlaging op ca. 16 graden.
2- Sluit de buitenkraan af: De buitenkraan wordt in de winter niet gebruikt. Bij stilstaand water is het risico dat de leidingen bevriezen, uitzetten en scheuren krijgen vooral bij oude ongeïsoleerde gebouwen groot. Heb je geen vorstbestendige buitenkraan, sluit hem dan in de herfst af en laat de leidingen leeglopen.
3- Voorkom tocht bij de watermeter (vooral bij ongeïsoleerde gebouwen): Zorg voor zo min mogelijk tocht op de plek van de watermeter, door bijvoorbeeld kieren van de deuren af te dichten. Zit de gasmeter ook in dezelfde ruimte, dan is dat vaak wat lastiger omdat die weer wel goed geventileerd moet zijn. Je kan de watermeter in dat geval beschermen door hem in te pakken of te kijken of je de ruimte waar de kast met de watermeter in zit kunt blijven verwarmen.
Alles op orde? – Geniet van de sneeuwpret zo lang het duurt. Zo vaak komt het niet voor.
Bron: KNMI
Wil je systematisch naar meer grip op het binnenklimaat? Lees het blog ‘Grip op het binnenklimaat’ met het stappenplan.
Romy Schneider – Maatwerk in begrijpelijke taal
Romy Schneider Vastgoedadvies voor Scholen is opgericht om besturen te helpen het beste te halen uit hun huisvesting. Met voor iedereen begrijpelijke stappenplannen help ik scholen en kinderopvangorganisaties om een gebouw te creëren dat helemaal past bij hun pedagogische visie.
Ik richt me hierbij voornamelijk op ambitieuze bestuurders die:
✔ Waarde hechten aan een excellent schoolgebouw of kinderopvanglocatie
✔ Willen moderniseren of nieuwbouw starten
✔ De middelen voor onderhoud efficiënt willen inzetten
✔ Op (energie)kosten willen besparen
✔ Duurzaamheid willen uitstralen
✔ Professionele begeleiding zoeken
Bij mij kun je rekenen op een onafhankelijke en loyale partner met ruime bouwkundige ervaring, architectonisch inzicht en kennis van vastgoedbeheer.
Als expert huisvesting ben ik verbonden aan het Waarborgfonds en Kenniscentrum Kinderopvang en ondersteun ik bij maatwerkopdrachten op het gebied van huisvesting en duurzaamheid. Vanaf het begin ben ik actief betrokken geweest bij de ontwikkeling van het Kwaliteitskader Huisvesting Kinderopvang. Daarnaast was ik vele jaren lid van een schoolbestuur in het primair onderwijs en zag ik op deze manier de vragen en uitdagingen waar schoolbesturen tegenaan lopen van heel dichtbij.